Een leuke bijkomstigheid van ieder weekend musea en tentoonstellingen bezoeken, is dat ik op (voor mij althans) onbekende plekken in Nederland kom. Zo bezocht ik een tijdje terug voor het eerst Museum Nairac in Barneveld om de tentoonstelling ‘Birds I & II’ van Bas Geeraets te bezoeken. Zoals de titel van de tentoonstelling al verraadt, zijn vogels de muze van deze kunstenaar en dan met name de spreeuw.
Bij binnenkomst is ook al gelijk een prachtige aquarel in zwart-wit van de vogel te zien. De tekening Sorry dat ik besta toont een spreeuw terwijl deze met de kop tussen de veren zit. Ook al vertoont het dier een puur natuurlijk proces, toch dicht de titel automatisch menselijke gevoelens van schaamte toe aan zijn houding. Die relatie tussen mens en vogel lijkt de kunstenaar in zijn recente werk steeds vaker op te zoeken.
In het werk Memorabilia komen vogel en mens letterlijk samen. Wat van een afstandje een gedetailleerde tekening van twee handen lijkt te zijn, blijkt van dichtbij een grote zwerm spreeuwen. Hoewel de vogels tot sterk geabstraheerde figuren zijn gereduceerd, is de vorm van het dier nog te herkennen aan de vleugels. Geeraets heeft duizenden spreeuwen één voor één op het papier getekend. Voor de donkere gedeeltes heeft hij meerdere vogels naast en over elkaar gezet. Het aparte gebaar van de twee handen kruislings over elkaar herinnert ook nogmaals aan vogels: het is het gebaar dat je als kind met je handen maakte om via schaduw het silhouet van een vogel te laten ontstaan.
De hyperrealistisch ogende heliumballon in het werk De vorm van vogels die komen gaan lijkt ook zowel in beeldend als in inhoudelijk opzicht naar vogels te verwijzen. Opnieuw is de tekening uit duizenden minuscule spreeuwen opgebouwd. Maar ook het zweven oftewel het vliegen refereert aan de vogels. Uit een schets die Geeraets voorafgaand aan dit werk maakte, blijkt dat hij met deze werken ook inspeelt op de menselijke neiging tot projectie om dingen te verklaren. Net zoals je in wolken vaak een voorstelling herkent, kan dat ook bij een zwerm spreeuwen gebeuren. De kunstenaar lijkt ons alvast een voorbeeld van zo’n voorstelling te geven. (In de blog ‘was getekend… een papieren zak. (Wieteke Heldens – LAM Lisse)’ schreef ik al eerder over de menselijke neiging tot projectie en het generen van betekenis).
Het werk Mensen / maandag tot en met vrijdag is het meest abstract. Hoewel Geeraets geregeld een spreeuwenzwerm portretteert, wijkt deze serie van vijf tekeningen af, doordat de werken volledig gevuld zijn. De titel van het werk verraadt opnieuw een relatie tussen mens en vogel. De kunstenaar lijkt de werkende mens als gewoontedier te portretteren. Net als in een spreeuwenzwerm is iedereen gelijk, zijn er geen verschillen en vervult ieder zijn of haar taak. Op een schets is te lezen dat elke tekening symbool staat voor één van de vijf dagen uit een (werk-)week.
In de tweede zaal van de tentoonstelling is een mini-atelier gebouwd, waar de kunstenaar zo nu en dan aan het werk is. Er liggen boeken en er staan opgezette vogels. Aan de muren hangen diverse studies en natuurgetrouwe tekeningen van vogels. Terwijl sommige werken eerder tekeningen naar de waarneming (of naar een opgezette vogel of foto) zijn, komt ook in deze werken her en der de relatie tussen mens en vogel terug.
Soms zie je deze relatie alleen in de titel verschijnen, zoals bij het werk Hangjongeren, wat de twee realistisch geportretteerde steenuiltjes boven op de knoest van een boom toch een andere lading geeft.
Een andere keer combineert hij mens en vogel letterlijk met elkaar door bijvoorbeeld de vleugel van een mannetjesmus in te wisselen voor een gespierde mannenarm. Door het dier tot slot ook nog van een cape te voorzien, maakt hij er een superheld van.
Aan het eind van de tentoonstelling is te zien dat Geeraets ook zijn eigen fantasievogels creëert, zoals De gespikkelde boekendief, De Zwavelaar, De kleine Kaboem, De gebladerde tuinslang en de Chaamse vlaai. Elk van de vijf werken wordt begeleid door een met de hand geschreven verhaal, waarin de eigenschappen van het dier staan vermeld. Zo blijkt de Limburgse vlaai zijn oorsprong te danken aan de Chaamse Vlaai, een echte lastpost die tot de tweede helft van de 17de eeuw zoetigheden en cadeautjes stal en herkenbaar was aan een snavel in de vorm van een vlaaipunt. Wederom krijgen de vogels een menselijk tintje, wat de werken herkenbaar en toegankelijk maakt om naar te kijken.
De tentoonstelling ‘Birds I & II’ van Bas Geeraets is nog t/m 2 september te zien in Museum Nairac
Meer blogs over vogels in de kunst lezen?
Zie: https://www.sandramackus.nl/was-getekend-vogels/
of: https://www.sandramackus.nl/was-getekend-de-333-vogels-van-peter-vos/
en: https://www.sandramackus.nl/was-getekend-dwaalgasten-jans-muskee/