Was getekend… Het dagelijkse alledaagse

Wie nog vóór 16 juni door de Staatsliedenbuurt in Amsterdam wandelt, loopt de kans om onverwacht enkele kunstwerken aan te treffen. Stichting Kunsttraject organiseert met enige regelmaat tentoonstellingen in diverse etalages van stadsdeel West. Op dit moment is er werk van kunstenaars Anja Sijben en Inge van der Ven te zien. De titel ‘Het dagelijkse alledaagse’ verraadt waar beiden zich mee bezighouden. Terwijl Van der Ven collages en tekeningen met en over alledaagse objecten maakt, toont Sijben haar getekende collages waarvoor ze telkens beeldmateriaal van één dag uit de krant gebruikt.

(Vanwege het fotograferen door een etalageruit, zijn de foto’s helaas van mindere kwaliteit).

Anja Sijben

Behalve dat ze op dezelfde dag in de krant stonden, hebben de figuren in de tekeningen van Sijben oorspronkelijk niets met elkaar van doen. Doordat ze samen worden gebracht binnen het beeldvlak, gaan ze wel degelijk een relatie met elkaar aan en lijkt het alsof ze deel uitmaken van een (fantasie-)verhaal dat losstaat van de actualiteit.

Tekening Anja Sijben

De tulpen, het symbool van de Nederlandse leeuw en het oudere echtpaar dat in een groot paar (Amsterdamse) klompen staat, zorgen ervoor dat ik bij bovenstaande tekening direct aan de Keukenhof moet denken. Links op de voorgrond is een jongen groot weergegeven. Hij zorgt voor verwarring binnen het beeld, zeker omdat hij zoveel ruimte inneemt. Zijn blauwe truitje en witte zweetbandje alsook zijn houding: hij slaat zijn handen tegen zijn voorhoofd, lijken niet direct binnen het oer-Hollandse beeld te passen. Gezien de context lijkt het bijna alsof de jongen zich schaamt voor of gefrustreerd is door zijn vaderland. Of misschien is hij juist verdrietig en is op de achtergrond een dierbare herinnering te zien waar hij met weemoed aan terugdenkt.  

De figuren lijken zelfs op elkaar te reageren. Zo lijkt een man, die tussen de tulpen zweeft, de grote jongen op de voorgrond over zijn hoofd te aaien. En ook het oudere echtpaar lijkt begripvol naar hem te kijken. Helemaal rechts is echter iets anders gaande. Twee mannen kijken allesbehalve begripvol. De voorste man schreeuwt, wijst met zijn vinger richting de jongen en houdt met zijn andere hand zijn telefoon in de aanslag. De achterste man schreeuwt ook en houdt een gebalde vuist omhoog. Het ogenschijnlijk lieflijke karakter van de tekening krijgt plotseling een andere lading.  

               De harde kleurcontrasten die Sijben in haar werk gebruikt, onderstrepen het vervreemdende effect van het beeld. Door de figuren niet in een realistische omgeving te plaatsen, maar de restruimte met een donkerblauwe kleur in te vullen, wordt duidelijk dat we niet naar een fotografisch beeld kijken. De tulpen, het logo van de Nederlandse leeuw en de man die achter het oudere echtpaar staat, worden hierdoor platgedrukt – als een decoratief decor waarvoor zich een toneelstuk ontvouwt.

Tekening Anja Sijben

Ook in bovenstaande tekening maakt Sijben gebruik van (ditmaal felle) kleurvlakken. Naast dat deze de tekening versterken en de losse figuren verbinden, maken ze het fantasievolle karakter van de tekening duidelijk. Want wie de tekening rustig gaat ontleden, ziet dat het werk opnieuw uit een absurde verzameling aan beelden is opgebouwd. Op het blauwe kleurvlak – dat in eerste instantie een waterplas lijkt te zijn, vaart een rubberboot, maar lopen tegelijkertijd koeien en een varken, wiens hoeven volledig zichtbaar zijn. Hetzelfde blauwe kleurvlak onderbreekt tevens een architectonische constructie, die veel weg heeft van de Eiffeltoren – wat lijkt te worden bevestigd door de grote horde toeristen die ervoor staat. Maar ook dit beeld wordt weer in twijfel getrokken, doordat een man met een kind op de nek over de metalen constructie van het gebouw loopt. De suggestie van ruimte wordt tenietgedaan, waardoor het lijkt alsof we naar een grondschildering of uitvergroot krantenknipsel kijken.

               Je raakt letterlijk niet uitgekeken op deze tekening. Hoeden vliegen door de ruimte, baltsende kraanvogels staan als reuzen boven op een berglandschap en een man met een overdekte bakfiets, lijkt deze als vervoermiddel voor een kip te gebruiken.  De boodschap ‘Less is more’, die door één van de figuren rechtsonder op een kartonnen bordje wordt gepresenteerd, wordt duidelijk door de kunstenaar zelf niet in acht genomen. Sijben maakt van de aangrijpende, serieuze, verontrustende en soms ook gewoon saaie nieuwsbeelden een nieuw en spannend beeld, waarin de relatie met de realiteit ver te zoeken is.

Inge van der Ven

Waar het werk van Sijben vaak druk en doorwerkt is, wordt het werk van Van der Ven juist gekarakteriseerd door haar eenvoud en verstilling. In de tentoonstelling zijn diverse ruimtelijke werken en collages te zien, maar ik beperk mij zoals altijd tot de tekeningen.

Tekening Inge van der Ven

In bovenstaand werk is een uitgeknipte tekening van een stoel op een tapijt te zien. Met aandacht en concentratie heeft de kunstenaar de stoel met potlood ‘ingekleurd’. Door dit uitsluitend met kleine verticale streepjes te doen, wordt de ruimtelijkheid van het object opgeheven, waardoor aandacht voor de contouren van de stoel ontstaat. Wat eerst een stoel leek te zijn, lijkt plotseling een persoon te worden. De stoelpoten veranderen in ranke benen, de perspectivische zitting in een taille, en de armleuning lijkt op de schouderbanden van een tuinbroek, op bretels, of mogelijk zelfs op armen die naar de lucht reiken. De persoon zelf is niet aanwezig, maar ook weer wel. Net als bij een stoel, gaat kleding over aanraking, waardoor deze onlosmakelijk verbonden is met respectievelijk de zitter en de drager. Het spelen met aan- en afwezigheid keert meerdere malen en in verschillende hoedanigheden terug in het werk van Van der Ven. Terwijl de stoel volledig met potloodstreepjes is gevuld, wordt de tekening van de mat door het stuk uitgeknipte papier gevormd, die weliswaar met één contourlijn wordt omgeven. Ook de confetti snippers, die in eerste instantie vooral een feestelijke uitstraling aan de tekening lijken te geven, benadrukken dit spel. Terwijl een perforator wordt gebruikt om gaatjes in het papier te maken, blijven deze overblijfselen als restvorm achter. In de context van deze tekening zijn het echter geen verwijderde deeltjes, maar toevoegingen die een relatie met het werk aangaan.   

Al eerder schreef ik een blog over een tentoonstelling georganiseerd door Stichting kunsttraject, zie:

Was getekend… dwaalgasten (Jans Muskee) (sandramackus.nl)