Naast de tentoonstelling van Thomas Trum is er in de Grote Kerk van Alkmaar werk te zien van de in Nederland geboren en in Denemarken woonachtige kunstenaar Roos Holleman (1989). In ‘Dressed for Pardise’ toont ze een aantal pasteltekeningen van duiven, die ze nauwkeurig heeft bestudeerd en vervolgens tot in detail heeft vastgelegd op groot formaat. De textuur van de veren is zo levensecht, dat de tekeningen haast aaibaar worden.
Roos Holleman, titel en jaartal werk onbekend, foto: Sandra Mackus
Levendig dood
Een medebezoeker van de tentoonstelling is kritisch. ‘Mooi getekend, maar ik vind het niets’ – zegt hij tegen mij. Als ik vraag ‘waarom’, antwoordt hij dat hij het jammer vindt dat de dieren dood zijn. Ik kijk nog eens goed naar de tekeningen en vraag mij af óf ze niet meer leven. Hoewel diverse duiven hun ogen gesloten hebben, zijn de kleuren van hun verenkleed zo sprankelend, dat het mij niet eens was opgevallen dat de dieren waarschijnlijk dood zijn. Op haar website noemt Holleman zichzelf ‘een sjamaan die met pastelkrijt leven in niet-levende dingen blaast.’ Het lijkt alsof de duiven ieder moment kunnen ontwaken en wegvliegen.
Wetenschappelijk
De sier- en fruitduiven zijn afzonderlijk op grote, witte vellen papier getekend. Door het ontbreken van een achtergrond of context ligt de aandacht op het dier. Je ziet de textuur van de veren en de reikwijdte aan kleuren, die je normaal nooit ziet als een duif voorbij vliegt. De werken hebben iets weg van een wetenschappelijke tekening. Holleman heeft haar tekeningen weleens als ‘visuele autopsie’ omschreven. Een pleonasme als je het mij vraagt, waarmee ze aangeeft dat ze vastlegt wat ze met haar eigen ogen ziet. Toch gebeurt er meer in haar werken en zijn het niet louter wetenschappelijke illustraties. Je voelt de zorg en tederheid waarmee de dieren op het papier zijn gezet en ziet de hand van de tekenaar duidelijk terug. Het zijn een soort intieme portretjes op groot formaat.
Heilige geest
In 2018 kwam ik Hollemans werk voor het eerst tegen in Rijksmuseum Twente (Enschede), in de tentoonstelling ‘De aard der dingen’. Hier exposeerde ze een serie tekeningen van motten en fazanten. Net als de werken in de Grote Kerk waren ze kleurrijk, getekend op groot formaat en gedetailleerd. De keuze om geen motten maar duiven binnen de context van een kerk te presenteren is opvallend. De duif staat in het christendom symbool voor de vrede en voor de heilige geest. De verstilde dieren hebben binnen de consistoriekamer van de protestantse kerk haast iets sacraals. Ze boezemen ontzag in.
(Tot slot nog een leuk detail: al haar werken tonen een verdikt watermerk in de hoek met haar initialen – wat suggereert dat het papier speciaal voor haar geschept is).
‘Dressed for Pardise’ is nog t/m 12 september te zien in de Grote Kerk van Alkmaar