Afgelopen zondag presenteerde kunstenaar Stijn Peeters in het prachtige huis van Bert Dirrix en Willy de Rooij zijn metersgrote doek In defense of sentimentality (2021). In dit werk koppelt hij zijn onderzoek naar de negentiende-eeuwse Franse historieschilderkunst aan de actualiteit. Met zijn werk hoopt hij het gesprek aan te gaan met de kijker, waartoe hij de mogelijkheid had bij deze kunstexpositie in een bijzondere woonkamersetting. Middels een publieksgesprek werden de aanwezigen uitgenodigd om samen met de kunstenaar het werk te bekijken en erop te reflecteren. Waar het doek centraal stond in de expositie en het gesprek, zal in deze blog de nadruk op de selectie tekeningen liggen die naast het schilderij werd gepresenteerd. De tekeningen lijken als tweeledig kader te functioneren: enerzijds als voorstudies voor de maker en anderzijds als naslagwerk voor het publiek om de inhoudelijke gelaagdheid van het schilderij beter te kunnen begrijpen. Hoewel de kunstenaar veel schildert, gebruikt hij tekenen niet alleen als onderzoeksmiddel, maar maakt hij – zoals zal blijken uit de bespreking van een aantal oudere werken – ook op zichzelf staande tekeningen.
Voorstudies
Bij het zien van bovenstaande bladen met figuurstukken, moet ik gelijk aan de figuurstudies van kunstenaars als Rembrandt en Adriaen van Ostade denken. Terwijl op het bovenste blad vluchtelingen zijn weergegeven, die de kunstenaar op tv, het internet, in de krant of misschien wel op straat heeft gezien, zijn op het onderste blad klimaatdemonstranten getekend. Soms heeft Peeters in snelle, met water verdunde inkt een silhouet opgezet, terwijl hij andere figuren in detail heeft uitgewerkt. Her en der is een afzonderlijk detail opnieuw getekend, om bijvoorbeeld een gezichtsuitdrukking of houding nog beter onder de knie te krijgen.
De kunstenaar legt met zijn tekeningen een beeldarchief aan, waar hij gebruik van kan maken zodra hij gaat schilderen. Waar hij in zijn tekeningen echter ruimte heeft om in detail te treden, laat hij deze in zijn schilderijen vaak achterwege, omdat ze afleiden van het grotere geheel. Zo zijn de klimaatdemonstranten en vluchtelingen op het doek met enkel contouren en een aantal suggestieve lijnen weergegeven. Ondanks de afwezigheid van detail, zijn hun getekende evenbeelden nog gemakkelijk te herkennen.
(Kunst-)historische bronnen
Sinds een aantal jaren neemt de kunstenaar steeds meer tijd voor het onderzoek dat voorafgaat aan het maken van een schilderij. Zo trok hij een jaar uit voor het werk In defense of sentimentality. Het is een proces van boeken lezen, bronnen bestuderen, kunstwerken bekijken, hierop reflecteren en bovenal: veel tekenen. Al tekenend lijkt Peeters zich de opgedane kennis eigen te maken. Door kaften van gelezen boeken, alsook bestudeerde schilderijen en tekstfragmenten na te tekenen, maakt hij automatisch keuzes in wat voor hem relevant is om te bewaren.
In de selectie tekeningen die naast het schilderij te zien is, zijn diverse tekeningen naar kunsthistorische bronnen aanwezig. Zo heeft Peeters een tekening van Poussins Aanbidding van het gouden kalf gemaakt, waarin hij alleen het dier van kleur heeft voorzien. Dit kalf is uiteindelijk ook boven in het schilderij naast Elon Musk weergegeven. Terwijl deze tekening als onderzoeksmateriaal en voorstudie voor de kunstenaar heeft gediend, dient het achteraf ook als inzicht voor de kijker, om de herkomst van de (kunst-)historische bronnen te begrijpen.
Op een van de tekeningen is de kaft van het satirische en politiek geëngageerde l’Assiette au Beurre over ‘La vision de Hugo’ te zien, waarvan de kunstenaar een exemplaar heeft weten te bemachtigen. Op hetzelfde blad is de kaft van Linda Nochlins boek ‘Misère, the visual representation of misery in the 19th century’ met een reproductie van Fernand Pelez te zien, die eveneens een belangrijke (tekstuele) inspiratiebron voor hem vormde. Al tekenend brengt hij de twee bronnen met elkaar in verband en toont hij zijn beeldende gedachten.
Peeters lijkt naar aanleiding van Nochlins boek nog een ander werk van Pelez te hebben gereproduceerd: De kleine viooltjesverkoper. En hoewel deze figuur niet zoals de klimaatactivisten of het gouden kalf letterlijk is terug te vinden op het schilderij, is het onderdeel van zijn brede onderzoek naar (de visuele weergave van) ‘sentiment’. Zo zijn onder deze tekening twee eigentijdse varianten op het werk te zien.
Van tekening naar schilderij
Een aantal tekeningen toont een voorstudie voor het volledige schilderij. Peeters vertelt tijdens het publieksgesprek, dat hij in de problemen raakte met de verhoudingen. De lengte-breedte verhoudingen tussen het papier en het doek weken van elkaar af. Daarom heeft hij zijn werk moeten aanpassen en is de grafdelver uit Courbets Begrafenis in Ornans, die linksonder op het doek zou komen te staan, in een klein jongetje veranderd, dat proportioneel gezien wel paste. Het jongetje wijkt echter nog altijd af van de rest van het schilderij, aangezien het als enige figuur op de voorgrond in zwart-wit is weergegeven. Te midden van het in kleur geschilderde doek, doet het aan Peeters’ studies in inkt denken. Het lijkt alsof dit onderdeel nog van verf moet worden voorzien en biedt daarmee ruimte voor verandering. Het is ook een opmerking die vanuit het publiek wordt gemaakt. Waar de tekeningen open en veranderlijk ogen, lijkt het schilderij een stuk geslotener te zijn.
Omslag
Vanuit het publiek kwam ook de opmerking dat Peeters’ huidige werk, waarin hij bewust vertraagt en aandacht heeft voor de historie, afwijkt van zijn vroegere werken waarin hij veel directer reageerde op de actualiteit. De kunstenaar lijkt deze verandering enerzijds te bevestigen en geeft aan dat met het ouder worden meer ruimte voor reflectie ontstaat en minder noodzaak tot bravoure. Anderzijds lijkt hij het niet zozeer als een omslag, maar als een geleidelijke ontwikkeling te zien, die voortkomt uit de ontwikkelingen in zijn oeuvre. Ook in zijn vroegere werken is hij al geïnteresseerd in actuele thema’s en laat hij zich door (kunst-)historische bronnen inspireren om deze actualiteit weer te geven.
Het eerste werk dat ik van Peeters op een tentoonstelling tegenkwam, was de tekening Zonder titel (Geblinddoekt / Blindfolded) (2010) in ‘All about drawing’ (Stedelijk Museum Schiedam, 2011). In dit werk heeft hij een groep geblinddoekte mannen met een virtuoos tekenhandschrift op papier gezet. De voorstelling lijkt gebaseerd op een nieuwsbericht uit het journaal of de krant, waar de kunstenaar al tekenend op reageert. Ondanks de intensiteit van het onderwerp weet Peeters er een sereen beeld van te maken, door met verdunde inkt op papier te werken en de context weg te laten. De externe dreiging is afwezig en door in zwart-wit te werken krijgt de tekening een historische dissonantie – het beeld wordt buiten het hier en nu van de kijker geplaatst en is daardoor minder verontrustend.
In 2012 bezocht ik het Drawing Center in Diepenheim waar de kunstenaar zijn project ‘Stijn zegt Hey’ presenteerde. Alle wanden van de grote zaal waren gevuld met tekeningen van zijn ‘Hyvesvrienden’, omdat hij, na acceptatie van een vriendschapsverzoek, een foto uit het account van zijn nieuwe ‘vriend’ natekende. Wederom tekende hij met Oost-Indische inkt, waardoor de zwart-wit werken iets tijdloos kregen. Daarnaast maakte hij de ogen van de geportretteerden wit en maakte hij de cirkel rondom de iris rood, waardoor het ‘levendige’ uit de mensen verdwijnt. Inmiddels is het sociale mediaplatform Hyves verdwenen en is Peeters’ serie in een tijdsdocument veranderd.
In gesprek
Een belangrijk element van het project ‘Stijn zegt Hey’ was de digitale of zelfs fysieke ontmoeting met de geportretteerden, die vaak niets met kunst hadden. De tekeningen leverden hem de mogelijkheid om met de ander in gesprek te gaan. Datzelfde beoogt hij ook met zijn actuele historieschilderijen. Van zijn schilderij And once the old world has turned on its axle so that the new dawn can dawn then, ah, then.. maakte hij een zelfgetekende reproductie in inkt, die online te downloaden en uit te printen is (zie: Stijn Peeters), maar die ook op doek is gedrukt, in de hoop dat het werk in de openbare ruimte wordt getoond en de aanleiding vormt voor goede gesprekken. De keuze om daarvoor een nieuwe tekening en niet een fotografische reproductie van het schilderij te tonen lijkt heel geschikt. Ook al is de compositie gelijk, lijken zijn tekeningen in zwart-wit een (letterlijke) openheid en toegankelijkheid te bieden. Zwart-wit staat verder af van de waargenomen wereld in kleur en roept automatisch afstand op. Mogelijk biedt het een veiliger kader om over actuele onderwerpen in gesprek te gaan, omdat de werken net niet té dichtbij komen.
https://stijnpeeters.com/index.html